Solas

De titel Solas heeft een tweevoudige betekenis. Enerzijds wordt verwezen naar het Italiaanse sola of solo, wat alleen betekent. Anderzijds bevat de titel de notennamen sol en as. Het interval dat deze klanken vormt, refereert naar de klankentaal die de componist veelvuldig gebruikt, nl. de secundetaal. Alle melodische intervallen worden gegroepeerd naar of ontstaan uit het secundeverwantschap, waarvan de basisreeksen ontleend zijn aan het B.A.C.H.-motief. In Solas is een driedelige structuur te onderscheiden. Hoewel doorgecomponeerd, kan het eerste deel onderverdeeld worden in twee episodes. Het tweede deel wordt voorafgegaan door een voorgeschreven korte pauze. Kenmerkend voor het eerste deel is het gebruik van sequentia: een vorm die wijst op de verandering van melodie in ieder verspaar. Deze sequentia, waarvan de diverse secundereeksen worden voorgesteld en uitgewerkt, baseert zich voornamelijk op het creëren van klankkleureffecten. De tonen sol en as bewegen zich als een rode draad doorheen het tweede deel. Zij vormen een veranderlijk ostinato dat wordt uitgewerkt tot de kleinste variaties in ritmiek en melodiek. Tegenover dit ostinato vormt een uitzinnige melodische lijn een cumulatie van elementen uit het eerste deel.